Topvrouwen

Iedereen die mij een beetje kent, weet dat ik het vaak moeilijk vind om me afzijdig te houden in een discussie. Het komt de sfeer niet altijd ten goede, maar als iemand er een onderwerp aansnijdt wat me zeer aan het hart gaat kan ik me gewoon niet inhouden. Iedereen heeft recht op zijn mening, maar ik kan slecht tegen drogredeneringen en onjuistheden, zeker als ze een status quo in stand houden die niet optimaal is. Eén van deze onderwerpen is dat van vrouwen op de arbeidsmarkt. Ik schrijf dit op de valreep van de maand maart, waarin de Internationale Vrouwendag valt. De eerste opmerking die je van veel mensen te horen krijgt is: ‘en wanneer is het dan mannendag?’. Maar als je denkt dat dat de juiste vraag is, heb je het toch niet helemaal begrepen. Daarom leg ik het hieronder nog één keer uit, en laten we afspreken dat je af bent wanneer je nog één keer een van deze drogredenen gebruikt… 😉

wagegap

In het kader van Internationale Vrouwendag werd er bij mij op het werk een foto genomen van alle vrouwen (spotten jullie mij?). We moesten allemaal met onze handen als een soort weegschaal staan als symbool van gelijkheid. Of ik dit soort foto’s nu wel of niet een goed idee vind, daar ben ik nog niet uit. Het lijkt een beetje symboolpolitiek, aan de andere kant werden er bij de OESO meer activiteiten georganiseerd en was het goed om het vrouwennetwerk te versterken. Bij de overheid gaat het over het algemeen vrij goed met de positie van vrouwen. Maar hetgene wat mij het meest opviel was dat ik – en waarschijnlijk veel van mijn collega’s op de foto – net zo schuldig was aan het gedrag waarmee vrouwen hun positie ondermijnen. De ochtend voor de foto besteedde ik namelijk wat extra tijd aan mijn kleding en make-up. Waarom? Is het idee van zo’n dag niet juist dat er aandacht gevraagd wordt voor het feit dat vrouwen in allerhande beroepen net zo goed kunnen excelleren als mannen, en dat ze het niet van hun uiterlijk moeten hebben?

D1HxgNHU8AEwkBz

Maar er is nog een lange weg te gaan, dit blijkt keer op keer weer uit onderzoek. Knappe mensen verdienen meer dan minder knappe mensen, maar dan vooral als het vrouwen zijn. Ook de tijd en aandacht besteed die je gemiddeld besteed aan ‘grooming’ blijkt een voorspeller voor je salaris te zijn, maar wederom maakt het voor mannen minder uit. Over het hele fenomeen ‘gender wage gap’, het feit dat vrouwen wereldwijd ongeveer 85 cent verdienen voor elke euro die een man krijgt voor hetzelfde werk, bestaat ook veel verwarring. Vaak wordt tegengeworpen dat vrouwen vaker parttime werken, of in sectoren waar het gemiddelde salaris lager is, maar deze data controlleren voor deze gemakkelijk te observeren karakteristieken, en dan nog blijft er een onverklaarbaar verschil over. Salaris is slechts één dimensie van de ongelijkheid op de arbeidsmarkt. Er zijn minder vrouwen in de top management posities, en het blijkt dat er in de toekenning van onderzoeksgelden ook nog steeds buitenproportioneel veel aan mannen toegekend wordt. Het is een ongemakkelijk onderwerp voor zowel mannen als vrouwen, en het voelt een beetje als preken voor eigen parochie, maar ik hoop jullie vandaag te overtuigen dat het dat niet is. Ik geloof dat een wereld waarin vrouwen en mannen gelijk opereren op de arbeidsmarkt en thuis beter is voor de welvaart in brede en enge zin, voor het gezin en voor zowel mannen als vrouwen zelf. Om dat te bereiken moeten we kijken naar veel voorkomende oorzaken of verklaringen voor mogelijke discriminatie, en die zoveel mogelijk weg te nemen. Dat die bias en ongelijkheid diep zit, leerde ik al in mijn promotie-onderzoek. Daar gebruikte ik het type landbouw dat vele duizenden jaren geleden bedreven werd als voorspeller voor gender ongelijkheid in een land: in landen waar van oudsher de ploeg gebruikt werd, is de ongelijkheid vandaag de dag nog steeds groter omdat de fysieke kracht benodigd voor dit type landbouw al vroeg zorgde voor een ‘traditionele’ rolverdeling tussen man en vrouw.

De deeltijdmythe

Het eerste argument wat vaak langs komt: vrouwen willen zelf graag parttime werken en zijn nu eenmaal liever thuis bij de kinderen. De arbeidsparticipatie van vrouwen is in de 20e eeuw gestaag gestegen, en het klopt dat dit vaak deeltijdbanen zijn. Zeker in Nederland, waar driekwart van de werkende vrouwen deeltijd werkt. De vraag is er echter één van nature of nurture. Zijn vrouwen daadwerkelijk zulke andere wezens dan mannen dat ze biologisch voorbestemd zijn om minder te willen werken? Of is het iets dat in onze cultuur besloten ligt? Ik geloof dat het vooral het laatste is. Het is nu eenmaal minder geaccepteerd om huisman te worden, of om als man meer dagen thuis te blijven terwijl de vrouw hoofdkostwinner is. Het feit dat een man in Nederland slechts 5 werkdagen vaderschapsverlof krijgt (tot voorkort zelfs 2!) is hiervan een teken aan de wand. In Zweden krijgt een koppel 480 dagen ouderschapsverlof, die ze tussen zichzelf mogen verdelen zoals ze willen. Ik gun het mannen dat er net zoveel begrip komt voor hen als voor vrouwen, wanneer zij meer tijd bij hun kinderen willen doorbrengen en ik geloof dat dit cruciaal is om een betere positie voor vrouwen op de arbeidsmarkt te bewerkstelligen. De pragmatist roept vaak dat het nu eenmaal logisch is dat de man meer werkt omdat die meer verdient, maar dit is een cirkelredenering waarmee de status quo nooit verbroken zal worden.

De risico-mythe

De tweede verklaring is dat een werknemer een groot risico neemt door een vrouw rondom de vruchtbare leeftijd aan te nemen en dat daardoor de salarissen lager zijn. Ten eerste kan dit nooit de volledige verklaring zijn aangezien de gender-wage-gap ook gevonden wordt als er gecontrolleerd wordt voor leeftijd. Het is wellicht waar dat een zwangerschap ziekteverzuim met zich mee kan brengen, en natuurlijk zal een moeder er voor en na de zwangerschap even uit zijn. Maar dit risico kan wederom verlicht worden als vaders een groter deel van de zorg voor de kinderen op zich nemen. Daarnaast geloof ik dat het kapitalisme toch wel een dusdanig niveau van volwassenheid heeft bereikt dat het uitgaat van de mens als volledig persoon, en niet slechts een vervangbare arbeider. Als je gelooft dat iemand goed is voor jouw bedrijf, dan zal diegene dat nog steeds of wellicht zelfs in grotere mate zijn na een gezinsuitbreiding. Daarnaast: wat voor risico loop je door de helft van de potentiele beroepsbevolking te negeren, discrimineren of als minder in te schalen? Het risico van misgelopen talent is potentieel veel en veel groter.

De ambitiemythe

Een bepaald politicus aan wie ik niet teveel aandacht wil besteden hier zei het nog: vrouwen hebben nu eenmaal minder ambitie. Wellicht bevind ik me dan toevallig in een bubbel waar alle mega-ambitieuze vrouwen zich hebben verzameld ben, want als ik eerlijk ben ken ik de vrouwen waarover Thierry B. het heeft niet. Maar goed, laten we als gedachtenexperiment eens meegaan in het feit dat het zo zou zijn. Dan stel ik wederom de vraag; is dit nature of nurture? Economisch Statistische Berichten (ESB), ons vaktijdschrift, bracht afgelopen November een heel mooi themanummer uit over Women in Economics. Hierin schrijft Henriëtte Prast over hoe vrouwen op verschillende manieren ontmoedigt worden om topcarrieres na te streven. Eén voorbeeld hiervan is het turven van beroepen die in de ‘verhaalsommen’ in eindexamens genoemd worden. Het merendeel hiervan zijn mannen, en als het al vrouwen betreft zijn die vaak secretaresse of ‘vrouw van de directeur’, terwijl de mannen bankdirecteur, manager of econoom zijn. Als peuters horen meisjes al vaker dat ze mooi zijn, terwijl jongens vaak becomplimenteerd worden om hun stoere daden of slimheid. Natuurlijk kun je op veel manieren ambitieus zijn en probeer ik niet te beplachten dat iedereen manager moet worden. Het zwaard snijdt aan twee kanten; er mag meer waardering komen voor mensen (vrouwen) die in hun werk het hoogste nastreven zonder dat dat het hoogste salaris is. Maar daarnaast zijn vrouwelijke rolmodellen ook nodig om aan kleine meisjes te laten zien dat het wel mogelijk, en cool is om als vrouw Minister President of Directrice van de Nederlandse Bank te worden. Er wordt ook nog vaak opgemerkt dat vrouwen vaker kiezen voor beroepsgroepen waar het salaris nu eenmaal lager is. Ook hierbij vraag ik me af wat nu precies oorzaak en wat gevolg is, en in hoeverre dit ook cultureel opgelegd is.

This slideshow requires JavaScript.

Een rijtje vrouwelijke rolmodellen dichtbij en ver van huis, wie raadt ze allemaal?

De kwaliteitmythe

Als vrouwen hetzelfde werk doen voor minder geld, waarom nemen bedrijven dan nog mannen aan? Deze is leuk bedacht maar een klassieke drogreden door het probleem wat we willen aankaarten juist als oorzaak aan te wijzen. Bovendien is de hoogte van het salaris in veel beroepen en sectoren slechts een matige indicator van de kwaliteit van iemand’s werk. Dit salaris moet bij ingang van het contract ingeschaald worden, wanneer de werkgever nog onvolledige informatie heeft over de vaardigheden van de werknemer. Dat vrouwen minder goed zijn in onderhandelen is geen groot geheim. Maar wie komt hier nu het meest bekaaid vanaf? Jongens blijken hun eigen prestaties vaak te overschatten, terwijl meisjes zichzelf eerder onderschatten. Misschien moet dit voor de werkgever een reden te zijn om eens te kijken naar salarisverschillen tussen mannen en vrouwen.

De timing mythe 

De opmars van vrouwen op de arbeidsmarkt maar ook in hoger onderwijs is een redelijk recent fenomeen. Daarom dachten veel mensen oorspronkelijk dat de balans mettertijd vanzelf recht getrokken zou worden. Dit was ook de voorspelling van Hein Schreuder 25 jaar geleden. Helaas blijkt er meer nodig dan een beetje geduld. Hoewel er meer vrouwen afstuderen dan mannen (en ook nog eens sneller en met betere cijfers), en dit ook geldt voor promoties, is de afspiegeling hiervan in academische staf nog steeds verre van proportioneel. Hoe hogerop de academische ladder je komt, hoe meer vrouwen er ‘verdwijnen’, en hetzelfde geldt in veel andere beroepsgroepen. Daarnaast is het feit dat we – na 100 jaar vrouwenkiesrecht – nog steeds geen Nederlandse MP hebben gehad en de grote politieke partijen tot op heden altijd een man als fractieleider hebben ook veelzeggend. Geduld is helaas niet genoeg, en hoewel quota vaak ongemakkelijk zijn en wellicht ook niet positief uitpakken voor de vrouw in kwestie, is dit misschien toch een noodzakelijkheid om de balans gelijk te trekken.

De krabbenmand-mythe

Ken je het verhaal van de krabbenmand? Vrouwen op de arbeidsmarkt worden vaak vergeleken met krabben, waarbij er voor de veiligheid van de groep ingegrepen wordt als er eentje uit de mand dreigt te kruipen. Vrouwen houden elkaar klein in plaats van elkaar op te liften. Helaas blijkt uit de data dat dit deels waar is: als in beoordelingscommissies aangedrongen wordt op een hoger aandeel van vrouwen, blijkt de bias tegenover vrouwelijke kandidaten alleen maar groter. Waarom dit is, is nog niet helemaal duidelijk. Wellicht zijn de zeldzame topvrouwen bang voor een afname in kwaliteit waardoor de hele vrouwelijke populatie in een slechter daglicht komt te staan en zijn ze daarom strenger tegenover hen dan tegenover mannelijke concurrenten.

Zoals ik eerder zei, hoewel quota ook perverse effecten kunnen hebben (zoals bijvoorbeeld de Glass Cliff), is het wellicht een tijdelijke noodzaak om de gewenste balans te krijgen. Dit moet echter wel samen gebeuren met ander beleid: meer begrip en aanmoediging voor mannen die vaker thuis bij hun gezin willen zijn, een neutralere vorm van het beoordelen van vaardigheden en prestaties, en een opvoeding en opleiding waarin zo min mogelijk vastgeroeste gendervooroordelen doorsijpelen. Het voelt haast als een vies woord om jezelf als feminist te bestempelen en ik weet ook niet per se of ik er één ben. Feminisme gaat om gelijke kansen voor mannen en vrouwen, en het strijden hiervoor betekent geen bedreiging voor mannen maar kan juist een aanvulling zijn voor ieder. Ik heb zeker geen hekel aan mannen, integendeel, en ik gun het hen ook dat zij niet alleen maar tegen de eenzijdige (financiele) maatstaf van de loopbaan gehouden worden. Pleiten voor een gelijkere arbeidsmarkt en meer diversiteit aan de top komt niet vanuit de motivatie dat vrouwen zo zielig zijn, maar vanuit het geloof dat het de productiviteit en het werkgeluk van iedereen ten goede komt. We hoeven echt niet in één keer afstand te doen van alle rolpatronen, je mag best nog wel eens de deur voor me openhouden. Maar laten we wel samen ons best doen om de drempel wat af te vlakken.

Advertisement

One thought on “Topvrouwen

  1. U kunt heel mooi schrijven, mevrouw Bruns.

    Het is vooral mooi dat U uw gevoelsmatige gelijk weet te staven met wetenschappelijk bewijs; maar daarbij in uw letters geen afbreuk doet aan stijl of het gebruik van een inadequate of lelijke woordkeuze.
    Integendeel.

    Uw conclusie is de grande finale van uw overtuigende openbare schriftelijke redevoering; een finale waarin U zowel inhoudelijk als in gekozen vorm de deur in een positieve uiting potdicht slaat voor uw wellicht nog overgebleven, zeldzame criticaster. Zei iemand Thierry? 😉

    Hoewel U als gewaardeerd econoom de woorden van Jort Kelder (‘gratis producten hebben geen waarde’) op waarde zult schatten, kan ik niet anders concluderen dan dat uw in woord gevangen opvattingen de waarde van een gratis lunch ruimschoots overstijgen.

    Als gekende gratis abonnee wacht ik met spanning bij mijn digitale brievenbus voor het in ontvangst nemen van uw toekomstige economische liefdesbrieven.

    Like

Leave a Reply

Fill in your details below or click an icon to log in:

WordPress.com Logo

You are commenting using your WordPress.com account. Log Out /  Change )

Facebook photo

You are commenting using your Facebook account. Log Out /  Change )

Connecting to %s