Geen tijd meer voor uitstelgedrag

Deze blog is degene die al het langste op mijn lijstje van ideeën stond maar dus ook al het langste uitgesteld werd. Tot er vandaag een aantal dingen gebeurden waardoor ik besefte dat uitstellen nu écht niet meer kon. Ten eerste werd de officieuze Nobelprijs[1] voor de economie uitgereikt aan William Nordhaus en Paul Romer, twee macroeconomen (yeah!). Ze kregen de prijs voor het combineren van langetermijngroeimodellen met duurzaamheid en innovatie. Ten tweede verscheen vandaag een rapport van het VN-klimaatpanel IPCC, waarin de gevolgen doorgerekend werden als de opwarming van de aarde niet beperkt kan worden tot 1,5 graad. Deskundigen vrezen dat we deze doelstelling uit het Parijse klimaatakkoord niet gaan halen tenzij we drastische maatregelen gaan nemen.  Ik houd mijn blogs graag een beetje luchtig en vrolijk, maar als ik te lang over de klimaatproblematiek nadenk word ik toch een beetje verdrietig. Ik geloof echter ook dat het nog niet te laat is. Het momentum en de noodzaak, ze zijn beiden aanwezig. Wij kunnen de geschiedenis in gaan als de generatie die het tij van 200 jaar industrialisering en vervuiling deed keren. Hoe mooi zou dat zijn?

planetb

Belangrijk maar niet urgent

We doen te weinig en te laat. Geen tijd dus meer voor uitstelgedrag. Maar waarom had ik daar juist met deze blog zo’n last van? En waarom hebben we collectief, als mensheid, zo’n probleem met het aanpassen van ons gedrag, terwijl dit toch echt in ons eigenbelang is? Ik denk dat hier een aantal redenen voor zijn.

i) Evolutionair gevaar
De eerste reden zit waarschijnlijk in onze natuur. Dieren, en mensen dus ook, zijn zo geprogrammeerd om vooral voor urgent gevaar te vluchten. Als er een leeuw op je afkomt, ga je niet eerst een maatschappelijke kostenbatenanalyse maken maar ren je gewoon weg. Ook in ons werk zijn we gewoon om eerst de urgente maar vaak onbelangrijke taken op te pakken. Klimaatverandering is een probleem met mogelijk desastreuze gevolgen, maar deze ontwikkelen zich vergeleken met een mensenleven vrij langzaam en onzichtbaar. We hadden het dus pas door toen het al bijna te laat was, en zelfs nu we het weten doen we er weinig aan. Dit innerlijke conflict, waarin we weten dat er iets aan de hand is, maar het gevoel hebben dat we er niks aan kunnen doen wordt cognitieve dissonantie genoemd. Het treedt op wanneer gedrag, emotie en cognitie (kennis) niet op één lijn liggen. Dit leidt bij mensen tot een groot intern ongemak, en als reactie daarop gaan we klimaatverandering negeren, bagatelliseren of ontkennen.

struisvogel

ii) Moraliteit en voortschrijdend inzicht
De tweede reden is dat collectieve gedragsverandering een enorm lastig proces is. Zeker als het gaat om keuzes die te maken hebben met morele standaarden hebben we moeite met voortschrijdend inzicht. Kijk maar naar de Zwarte Pietendiscussie: voor sommigen voelt het ja zeggen tegen een nieuw concept hetzelfde als concluderen dat iedereen die het op de oude manier vierde een volslagen racist is.
Psychologe Florien Cramwinckel (zie video hieronder) toonde in haar onderzoek ook aan dat we mensen die sterk hun morele waardes proberen over te brengen vaak een beetje irritant vinden, omdat ze ons confronteren met onze eigen tekortkomingen op dat gebied. Ik denk dus dat we een stuk verder zouden komen als we een soort generaal pardon uitspreken: het maakt niet uit als je gisteren nog met je 1-op-5 Hummer door de Kalverstraat reed om daar op een terras met 5 heaters te gaan zitten, als je vandaag besluit om het anders te gaan doen doe je helemaal mee! Economisch is dit ook rationeel: vandaag is t-0 en vanaf hier optimaliseren we onze weg, keuzes gemaakt in het verleden zijn daarvoor irrelevant. Of, zoals een wijs man het ooit zei: Het beste tijdstip om te beginnen was 20 jaar geleden, het op-een-na beste tijdstip om te beginnen is vandaag. Zonder moralistisch gezeur, je doet dit ook voor jezelf en voor je eigen kinderen. Dan nog blijven we geconfronteerd dat collectieve gedragsveranderingen vaak traag op gang komen, maar we hebben bij de aanpak van roken gezien: als het keerpunt er eenmaal is kan het snel gaan.

 

iii) De klimaatskeptici
Een derde reden dat we last hebben van uitstelgedrag is volgens mij dat klimaatwetenschappers, meer dan hun collega’s in andere vakgebieden, nog steeds vaak worden uitgemaakt voor een soort religieuze fanaten en dat hun resultaten in twijfel worden getrokken. Onderzoek proberen te reproduceren en falsificeren is nobel werk, maar in dit gebied gaat het er soms heftig aan toe met alternative facts en voor- en tegenstanders die zich beiden te sterk door hun eigen agenda laten leiden.

Voor mij staat het vast dat de aarde aan het opwarmen is en dat mensen daar een rol in spelen. Sommigen beweren dat de mensheid heeft voorkomen dat de aarde voortijdig is afgekoeld. Er zijn inderdaad ook veel niet-menselijke factoren die de temperatuur op aarde beïnvloeden, zoals de afstand van de aarde tot de zon en de hoek die de rotatieas van de aarde maakt met het vlak waarin de aarde om de zon draait. Recente inzichten wijzen er echter op dat deze invloeden momenteel juist een tegengesteld effect hebben en dat de opwarming van de aarde nog veel sneller was gevorderd als dit in een andere tijdsperiode was gebeurd. Al sinds de ontwikkeling van landbouw werden grote gebieden ontbost, werd steenkool verbrand en veen drooggelegd en ontgonnen. Honderd jaar geleden kwam hier de exploitatie van olie en later gas bij, beide terend op voorraden die zijn opgebouwd sinds het Precambrium, het begin van de aarde 4,6 miljard jaar geleden.

 

Maar zelfs als je ‘niet gelooft’ in de menselijke bijdrage aan de opwarming van de aarde zijn er andere duidelijke signalen. We zitten momenteel in de 6e grote uitstervingsgolf, bijna een derde van de 27.600 landgebonden zoogdieren, vogels, amfibieën en reptielen neemt sterk in aantallen af. Ter vergelijking: de laatste van de vorige 5 grote uitstervingsgolven was 65 miljoen jaar geleden en betekende het einde van de dinosauriërs.  Ook met de onderwaterwereld gaat het niet goed, volgens een rapport van WWF is er in 2047 geen wilde vis meer als we zo doorgaan. Zelfs de insecten, doorgaans toch één van de meest robuuste soort organismen op aarde, hebben sterk te lijden. Nu lijkt dit op het eerste oog niet zo erg, maar biologen hebben ons voorgerekend dat zelfs het uitsterven van één diersoort kan leiden tot het ineenstorten van een compleet ecosysteem, met grote gevolgen voor de hele planeet en de mensheid.

extinction wave

Het extremere weer zal ook niemand ontgaan zijn. 2017 was het jaar met de meeste bosbranden, het duurste orkaanseizoen als het gaat om schade, ijskappen die afbreken in een niet eerder gezien tempo. 2018 lijkt wat betreft temperaturen alle records te gaan breken, in Nederlands althans. Zélfs als je van mening bent dat al deze processen zich voornamelijk buiten de schuld van mensen voltrekken, dan zou je in een wereld waarin we alles en iedereen proberen te controleren, toch zoveel mogelijk willen doen om dit proces tegen te gaan?

iv) De kosten
Nu langzaamaan het besef begint te ontstaan dat er iets gedaan móet worden, wordt dit argument steeds vaker ingezet. Het gaat miljarden kosten, en wie gaat dat betalen? De verdeling van de kosten is ook een zorgpunt: bij de meeste maatregelen vanuit de regering om vervuilend gedrag te bestraffen en milieuvriendelijke innovaties te bevorderen, zijn het vaak de rijkeren die profiteren en de armeren die geen andere keus hebben dan in hun tochtende huis met energielabel F te blijven wonen.
Deze zorgen zijn gegrond en moeten geadresseerd worden. Toch wil ik hier tegenoverstellen: niemand heeft een idee wat het kost als we niets doen. Jared Diamond beschrijft in zijn boek Collapse de teloorgang van ontwikkelde samenlevingen in de geschiedenis. Deze blijken bijna allen klimaatgedreven te zijn. Ik kan me ook niet anders voorstellen dan dat een stijgende zeespiegel, extremere weersomstandigheden en het vernietigen van de natuurrijkdommen die in miljarden jaren zijn opgebouwd, zal leiden tot meer conflicten, oorlogen, migratiestromen, hongersnoden en economische crises. Maar zelfs als dat niet gebeurt; wat is een paar procent extra koopkracht je waard als je op zondag niet met je kinderen buiten kunt spelen omdat het smogalarm te hoog is?

paaseiland
Paaseiland, één van de door Diamond beschreven beschavingen die teniet zijn gegaan. Als ik dan toch nog een keer teveel CO2 ga uitstoten, dan wil ik hier wel heel graag heen.

 

Wat kun je doen?
Stap 1: informeer jezelf. Ik ben er van overtuigd dat deze verandering van inzichten van binnenuit moet komen. Het is niet erg als je vroeger dingen deed die je met de kennis van nu beter niet meer kunt doen. Maar ééns gelezen kun je het niet meer ontlezen. Doe wat met die kennis! Vroeger wist ik ook dat er vegetariërs bestonden. En dat vlees van dode dieren kwam. Maar ik besefte me nog niet de echte impact van vlees op het milieu, de bizarre manier waarop in de bio-industrie met dieren omgegaan werd. Hetzelfde geldt voor vliegen, een reisje naar een lekker warm eiland waar ik een paar jaar geleden geen seconde over twijfelde, wordt nu toch heel wat minder aantrekkelijk.

Leestips  
David McKay Sustainable Energy without the hot Air
Paul Collier Plundered Planet
Kate Raworth Doughnut Economics
Jared Diamond Collapse
Jorgen Randers et. al Limits to Growth
Tim Jackson Prosperity without Growth

Ik snap wel dat het lastig is om structuur en helderheid te scheppen in de enorme stroom van goede en foutieve informatie die er omtrent dit alomvattende probleem te vinden is. Dat iedereen moeite heeft om dit probleem te omvatten en de informatie te structureren blijkt wel uit het klimaatakkoord, waar na maandenlang nadenken door deskundigen uiteindelijk geen concrete maatregel in bleek te staan. Een helder boek was voor mij Sustainable energy without the hot air van David McKay. Het wordt ook wel het ‘Freakonomics’ van de klimaatproblematiek genoemd en het zet in heldere tabellen en figuren uiteen welk potentieel er nog is voor milieuvriendelijke energie-opwekking en hoeveel we zelf kunnen besparen op onze uitstoot. Op de website van McKay zijn ook leuke rekentools te vinden. De belangrijkste boodschap uit dit boek is: maak een plan wat onder de streep uitkomt. We kunnen leuk allemaal onze opladers uit het stopcontact halen als we ze niet nodig halen, onder het motto ‘alle beetjes helpen’, maar dit is alsnog maar een miniem percentage van ieders verbruik en uitstoot op een dag. Zelfs als we dit allemaal doen gaat het dus weinig zoden aan de dijk zetten: er zijn grote beetjes nodig. Kijk wat er echt een verschil maakt en ga hiermee aan de slag, ook al betekent dat soms afstand doen van verworven luxe.

Wat dan wel?
200 jaar economische ontwikkeling heeft ons een hoop welvaart en ontzettend veel gemak gebracht. Maar onder de ronkende motors van het kapitalisme is ook een feedback loop ingezet die zichzelf niet zal stoppen. Producenten geven weinig om negatieve externaliteiten en zijn op zoek naar de goedkoopste productiemethode om zoveel mogelijk spullen aan ons te verkopen. Wij als consumenten hebben weinig weet van waar die spullen vandaan komen en wat daar voor nodig is en blijven ze dus kopen, wat de producenten weer sterkt in hun verdienmodel.

Je energieverbruik binnen de 4 muren van je eigen huis is zeker belangrijk en makkelijk te sturen. Begin eens met elke maand de meterstanden opschrijven en experimenteer om te kijken wat daar veel invloed op heeft. Maar besef ook dat het grootste deel van onze uitstoot niet ontstaat binnen ons huis maar door de productie van goederen die wij aankopen. Volgens mij moeten we weer terug naar een cultuur van genoeg. Vraag je eens af of het nodig is om elke dag vlees te eten. Of om elk jaar een mooie vliegreis te maken. Laat die kaki-vruchten, hoe mooi ze er ook uitzien, eens liggen en koop lekkere stoofpeertjes in de winter. Repareer een kapot kledingstuk in plaats van voor een paar euro iets nieuws te kopen zonder je af te vragen hoe dat in godsnaam voor die prijs geproduceerd kan worden en vanuit Bangladesh hier naartoe verscheept. McKay rekent uit dat 60 van de ca. 195 kilowatt uur die een gemiddelde Westerling per dag nodig heeft komt van het produceren en verschepen van onze spullen.

Het lijkt misschien een opoffering, maar ik heb dat zelf helemaal nooit zo ervaren. Vlees eten mis ik helemaal niet, maar zelfs als je niet zonder kunt: smaakt het niet lekkerder als je het bewaart voor speciale gelegenheden? Wat vakanties betreft: natuurlijk zijn er plekken op de wereld die ik ooit nog wel eens wil zien. Hier ga ik voor sparen en dan ga ik alles eruit halen wat er in zit. Maar de afgelopen 2 jaar heb ik ook ervaren dat ‘staycations’ of vakanties dichtbij huis ontzettend relaxt zijn: je hebt geen lijstje van bezienswaardigheden die je moet afvinken, je bent vrij om te doen waar je zin in hebt en ook korte afstand van huis is er zo ontzettend veel moois te ontdekken!

schwarzwald
Het prachtige Zwarte Woud waar ik dit jaar op vakantie was

Wat kan de overheid doen?
Bij dit soort grote transities kijkt men vaak (terecht) als eerste naar nationale overheden en supranationale instituties. Met belastingen, subsidies en regulering hebben die grote middelen in handen om gedrag te beïnvloeden. De Nederlandse overheid heeft deze taak serieus genomen en gaat ambitieuzer dan de in het Parijsakkoord gemaakte afspraken aan de slag. Toch passen hier ook een paar kanttekeningen.

De eerste is dat belastingen vaak werken als het zwaard van Damocles: ze gaan vaak ten onder aan hun eigen succes en teveel instrumentalisme heeft ongewenste bijwerkingen. Kijk maar naar het verstorende effect van de verschillende bijtellingen voor hybride auto’s op de automarkt. ‘De vervuiler betaalt’ is een mooi principe, maar als dit betekent dat rijke vervuilers hun schade af kunnen kopen en dat het arme vervuilers verder de armoede in duwt schiet je er weinig mee op. Daarnaast zal een effectieve belasting op vervuiling uiteindelijk zijn eigen grondslag uithollen en daarmee niet meer het primaire doel van een belasting vervullen: geld ophalen om publieke middelen van te betalen.

toyota highlander
De Toyota Highlander, een voorbeeld van doorgeschoten effecten van fiscaal beleid

Een tweede kanttekening is dat er momenteel erg macro gedacht wordt. In Parijs zijn stevige afspraken gemaakt. Daarnaast heeft de regering besloten dat de gaskraan in Groningen dicht moet. Als er echter geen vertaalslag gemaakt wordt naar wat dit voor een gemiddeld gezin betekent, zijn we niet dichter bij huis. Bij gelijkblijvende consumptie zullen we de energie dan gewoon uit het buitenland importeren. Schotel mensen het eerlijke plaatje voor: wat gebeurt er als we niets doen? Iedereen wil een leefbare wereld voor zijn kinderen. Wat is er voor nodig om dat te halen? Kan een gemiddeld gezin nog 2 keer per week vlees eten en eens in de 5 jaar een verre vliegreis maken? Als we die cijfers helder hebben, wordt de gedragsverandering ook makkelijker te bewerkstelligen.

Een derde overweging is wel dat dit soort veranderingen zich vaak eerst langzaam, en dan ineens snel en onvoorspelbaar voltrekken. Het is voor overheden lastig om in te schatten welke kant de technologie opgaat en in het verleden zijn hier ook grove fouten in gemaakt, door bijvoorbeeld flink te subsidiëren om een kritische massa te bereiken voor een technologie, die enkele jaren later ingehaald bleek te zijn door iets beters. We kunnen dus moeilijk op de realiteit vooruit lopen. De markt kan dit doorgaans beter inschatten, maar is nog niet altijd bereid om zich in te zetten en risico te nemen op het vlak van sociaal ondernemerschap. Al komt dit wel steeds meer op gang.

Tenslotte is er voor de transitie een grote investering nodig. Economisch gezien betekent investeren vaak geld lenen voor hoge startkosten, die later terug zullen worden verdiend. Dit geldt in brede zin ook voor veel milieuvriendelijke hervormingen, zoals het isoleren van huizen, het aanleggen van infrastructuur voor elektrisch rijden, het verbeteren van het internationale treinennetwerk en ga zo maar door. Ik ben van mening dat de huidige kapitaalmarkt massaal aan het investeren is in projecten waarvan de negatieve externe effecten nog niet in de prijs doorgekomen zijn. Wanneer deze kennishiaat in de markt omslaat, zou het ook wel eens snel kunnen gaan met private investeringen in duurzame projecten. Tot die tijd is het echter een medeplichtigheid van de overheid om te bedenken hoe dit eerlijk en kosteneffectief gefinancierd kan worden.

Eerlijk is hier een lastig begrip, want hoe spreid je de lasten over huidige en toekomstige generaties? Paul Collier heeft hier een heel inzichtelijk boek over geschreven, waarin hij betoogt hoe de romantici die het probleem ‘tegen elke kosten’ willen aanpakken en de ‘struisvogels’ die liever hun kop in het zand steken nader tot elkaar moeten komen. De crux is in Collier’s ogen dat we toekomstige generaties niet precies dezelfde natuurlijke omgeving hoeven terug te geven als degene die wij nu hebben, maar wel een wereld met exact dezelfde verdiencapaciteit als hoe wij hem aantroffen. Dit zou bijvoorbeeld kunnen door de opbrengsten van het delven van fossiele brandstoffen in een fonds te stoppen waarmee investeringen in duurzame ontwikkeling worden gefinancierd. Dit model is in Noorwegen gehanteerd, en daarmee hebben zij een buffer van 1 biljoen USD opgebouwd om publieke voorzieningen als pensioenen mee te financieren.

Wat ga je morgen doen?

Zoals ik eerder al schreef, er is een hoop informatie en die lijkt soms onmogelijk te doorgronden. Daardoor krijgen we het gevoel dat we er niks aan kunnen doen en steken we liever als struisvogels onze hoofden in het zand of doen we aan gevoelsmatige gewetensbestrijding zoals de tv niet op standby zetten. Toch ben ik ook hoopvol, het momentum is aanwezig en we bezitten meer technologie en kennis dan ooit tevoren.

Vandaag is t-0 en morgen komt wat mij betreft het algemeen klimaatpardon. Schud dus je schuldgevoel van je af, maar lees je in en analyseer welke grote beetjes jij zelf kunt bijdragen. En bovenal: vertel je omgeving wat je hebt geleerd. Niet als moralistische betweter, maar omdat we allemaal hetzelfde doel nastreven. Kennis is macht, en als wij als samenleving eisen dat het over is met de race naar de bodem op het gebied van massaproductie en vervuiling, dan moeten producenten en overheden wel luisteren. En net zoals wij tot kortgeleden niet beter wisten dan dat spullen en eten uit de supermarkt kwamen en dat je je daar verder niet druk om hoefde te maken, zo zullen onze kinderen en kleinkinderen niet beter weten dan dat het normaal is om lokaal in te kopen, niet meer spullen te kopen dan je nodig hebt en jezelf zonder uitstoot voort te bewegen.

[1] Hoewel de prijs in de volksmond als de Nobelprijs voor de Economie door het leven gaat, is het niet één van de categorieen die door Alfred Nobel in zijn testament zijn vastgelegd. Binnen de familie is er ook nog steeds discussie of de naam Nobel wel gebruikt mag worden voor dit doel.
Advertisement

3 thoughts on “Geen tijd meer voor uitstelgedrag

Leave a Reply

Fill in your details below or click an icon to log in:

WordPress.com Logo

You are commenting using your WordPress.com account. Log Out /  Change )

Twitter picture

You are commenting using your Twitter account. Log Out /  Change )

Facebook photo

You are commenting using your Facebook account. Log Out /  Change )

Connecting to %s